Naast het ouderdomspensioen bouwen veel mensen ook partnerpensioen op. Dit pensioen wordt tevens nabestaandenpensioen genoemd. Bij een scheiding worden over dit pensioen ook afspraken gemaakt.
Wat is partnerpensioen?
Dit pensioen is een aanvullend pensioen. Het pensioen ontvang je als je partner overlijdt, mits dit geregeld is in de pensioenregeling van je partner.
Dit pensioen kun je op 2 manieren opbouwen. Op ‘opbouwbasis’ en ‘risicobasis’.
Opbouwbasis
Bij ‘opbouwbasis’ spaar je voor je partnerpensioen. Als je stopt met opbouwen (bijvoorbeeld omdat je stopt met werken) dan behoud je het bedrag dat is opgebouwd.
Risicobasis
Bij ‘risicobasis’ betaal je een premie. Zolang je die premie betaalt zijn je nabestaanden verzekerd van dit nabestaandenpensioen als je overlijdt. Als je uit dienst bent (en dus geen premie meer betaalt) is er geen partnerpensioen.
Partnerpensioen bij scheiding
Bij ‘opbouwbasis’ heb je na de scheiding recht op dit pensioen over de jaren dat jullie getrouwd/geregistreerd partner waren en de periode voor jullie huwelijk/geregistreerd partnerschap. Dit pensioen krijgt na de scheiding een andere naam, namelijk ‘bijzonder partnerpensioen’. Jullie kunnen tijdens de scheiding andere afspraken maken over de verdeling van dit pensioen. Wat de keus ook wordt: Laat dit wel vastleggen in het echtscheidingsconvenant en meldt het binnen 2 jaar bij je pensioenfonds.
Bij ‘risicobasis’ heb je geen recht op (bijzonder) nabestaandenpensioen na de scheiding. Dit pensioen op risicobasis wordt alleen uitgekeerd als iemand overlijdt tijdens het huwelijk of het geregistreerd partnerschap.